Verkiezingen 2025: hoe serieus nemen politieke partijen kunstmatige intelligentie?

Kunstmatige intelligentie verandert onze manier van werken, ondernemen en leven ingrijpend. Over de snelheid en de omvang daarvan verschillen de meningen. Is het vooral een hulpmiddel dat de productiviteit verhoogt, of leidt het tot sterke afhankelijkheid van buitenlandse technologie en baanverlies?

De keuzes die we nu maken hebben grote gevolgen. Hoe bereiden we Nederland voor op een toekomst waarin kunstmatige intelligentie een centrale rol speelt?

Door de onzekerheid én de mogelijke impact is duidelijk beleid nodig. Daarom las ik de verkiezingsprogramma’s van de grootste partijen en stelde ik hen aanvullende vragen per e-mail over hun visie op AI. Wat beloven zij op drie punten: economie en concurrentiekracht, regulering en publieke waarden, en ondersteuning voor bedrijven bij de praktische toepassing van AI?

Veel woorden, weinig richting

Vrijwel alle partijen erkennen dat AI belangrijk is, maar slechts een paar hebben een echt doordachte visie op wat het betekent voor onze economie, democratie en samenleving.

Alleen D66 en GroenLinks-PvdA leggen een duidelijke, inhoudelijke visie neer waarin AI niet alleen een technologische innovatie is, maar ook een maatschappelijke en democratische uitdaging. Beide partijen erkennen dat technologie macht herverdeelt tussen burgers, bedrijven en staten en dat beleid daarom over waarden, zeggenschap en regie moet gaan.

Concreet plan voor regie ontbreekt

Wat bij de meeste andere partijen ontbreekt, is een concreet plan voor regie, investeringen en onderwijs. Alleen VVD, CDA, D66 en in mindere mate BBB werken daadwerkelijk een strategie uit voor hoe Nederland met AI wil omgaan, van investeringsfondsen en innovatieprogramma’s tot scholing en samenwerking tussen bedrijfsleven en onderwijs.

Maatschappelijke en morele dimensie

Slechts een handvol partijen lijkt te begrijpen dat AI ook een maatschappelijke en morele dimensie heeft. D66, GroenLinks-PvdA, CDA en NSC zien dat technologie raakt aan privacy, machtsconcentratie en vertrouwen in de overheid. De rest beperkt zich tot economische kansen of praktische toepassingen zonder het grotere plaatje te zien.

De standpunten van de partijen over AI:

BBB: Nuchtere innovatie met menselijke maat

BBBDe BoerBurgerBeweging ziet AI als een kans voor innovatie en kennisontwikkeling, maar technologie moet altijd in dienst staan van de mens en de samenleving.

BBB hamert op digitale soevereiniteit, minder afhankelijkheid van buitenlandse techreuzen, en wil investeren in een Nederlands AI-netwerk met regionale hubs en de AI-fabriek in Groningen. Daarnaast legt de partij nadruk op onderwijs, vakmanschap en praktische scholing.

CDA: technologie moet de mens dienen

CDAHet CDA combineert technologische ambitie met moreel bewustzijn. De partij wil fors investeren in AI via het Nationaal Groeifonds, een Commissaris AI aanstellen en de samenwerking tussen overheid, onderwijs en bedrijven versterken.

Tegelijkertijd benadrukt het CDA dat technologie nooit neutraal is en altijd in dienst moet staan van menselijke waardigheid en sociale samenhang.

D66: regie en waarden in een digitale democratie

D66D66 beschouwt technologie als iets dat de democratie, vrijheid en menselijke waardigheid moet versterken. De partij wil een bewindspersoon voor Technologie en Innovatie die Europa en Nederland minder afhankelijk maakt van buitenlandse techreuzen.

Met het principe “Baas over eigen bits” pleit D66 voor zeggenschap over data, Europese samenwerking en een waardengedreven AI-beleid.

GroenLinks-PvdA: technologie als publieke zaak

GroenLinks-PvdAGroenLinks-PvdA ziet AI als publieke infrastructuur die onder democratische controle moet blijven. De partij wil een minister van Digitale Zaken, een verbod op risicovolle AI-systemen en meer middelen voor de Autoriteit Persoonsgegevens en algoritmetoezicht.

Ook wil de partij investeren in een eigen taalmodel en een AI-fabriek in Groningen. Daarnaast koppelt de partij AI aan duurzaamheid, eerlijk werk en culturele rechten.

NSC: beschermen wat belangrijk is in een digitale samenleving

nscNieuw Sociaal Contract benadert AI vooral vanuit risicobeheersing en toezicht. De partij wil een Ministerie van Digitale Zaken, een openbaar algoritmeregister en lokale dataopslag om privacy en democratische controle te waarborgen.

NSC kiest duidelijk voor bescherming boven groei: AI mag nooit leiden tot willekeur, profilering of verlies van privacy.

PVV: technologie als hulpmiddel, niet als visie

PVVDe PVV noemt AI slechts zijdelings, vooral als middel om administratie in de zorg te verminderen of grenzen te bewaken met drones en camera’s.

Er is geen sprake van een bredere visie op digitalisering, data of innovatie.

Kortom: AI speelt geen rol in hun toekomstbeeld; technologie is instrumenteel, niet strategisch.

VVD: vol inzetten op groei en concurrentiekracht

VVDDe VVD ziet kunstmatige intelligentie als motor voor economische groei en innovatie. De partij wil investeren in AI-fabrieken, digitale infrastructuur en start-ups, zodat Nederland technologisch vooroploopt en minder afhankelijk wordt van de VS en China.

AI is voor de VVD een middel om de economie te versterken en banen te creëren, niet om de samenleving te herzien.

Over ethiek of toezicht zegt de partij weinig; regels mogen innovatie niet afremmen.

Tussen ambitie en angst

D66 en GroenLinks-PvdA hebben de meest doordachte visie: zij zien AI als maatschappelijk en democratisch vraagstuk. VVD, CDA, D66 en BBB hebben concrete plannen voor investeringen en onderwijs. D66, GroenLinks-PvdA, CDA en NSC zien de risico’s voor publieke waarden en democratie. PVV laat het onderwerp grotendeels liggen.

De partijen verschillen dus niet alleen in toon, maar in begrip van wat er werkelijk op het spel staat.

Urgentie wordt gemist

AI ontwikkelt zich in maanden, maar politiek Den Haag denkt in kabinetsperiodes.

Wat bij bijna alle partijen ontbreekt, is gevoel voor urgentie. AI verandert niet alleen de manier waarop we werken, maar ook wie de macht heeft over kennis, veiligheid, economie en democratie. Toch ontbreekt in de meeste programma’s elke vorm van toekomstscenario of strategisch plan.

Er wordt nauwelijks nagedacht over wat er gebeurt als AI een groot deel van de banen overneemt, als Nederland geen toegang meer heeft tot cruciale AI-modellen of data, of als grote bedrijven alle kennis en kleine ondernemers niets meer bezitten.

In Stemwijzer.nl en Kieskompas.nl komt niet één vraag over kunstmatige intelligentie voor. Dat zegt veel. Terwijl AI zich razendsnel ontwikkelt, lijkt de politiek het nog steeds te beschouwen als een toekomstig thema, niet als iets dat vandaag al onze economie en publieke waarden beïnvloedt.

Scenario’s en eerlijk leiderschap

Een volwassen AI-beleid begint niet met slogans of losse investeringen, maar met scenario’s. Een overheid die regie wil voeren, moet durven vragen:

  • Wat gebeurt er als AI 30% van de banen overbodig maakt?
  • Wat als we structureel achterblijven bij China en de VS?
  • Hoe beschermen we de democratie in een tijd van deepfakes, algoritmes en informatieoorlogen?

Zonder zulke analyses is elke strategie blind. De politiek moet burgers niet geruststellen, maar voorbereiden. Alleen dan kan ze het eerlijke verhaal vertellen over de kansen én de risico’s.

Stemadvies

Kunstmatige intelligentie wordt de ruggengraat van onze economie, overheid en samenleving. Wie er de regie over heeft, bepaalt uiteindelijk in wat voor land we leven. Maar de echte vraag is fundamenteler. Hebben we de verbeeldingskracht om ons voor te bereiden op de wereld die AI creëert, of laten we die wereld door anderen vormgeven?

Zonder visie, regie en eerlijk leiderschap dreigt Nederland niet alleen technologisch achterop te raken, maar ook democratisch afhankelijk te worden.

Wil je dus strategisch kiezen voor een partij die AI echt begrijpt, dan moet je constateren dat niemand het volledige antwoord heeft. D66 en GroenLinks-PvdA snappen de maatschappelijke impact, VVD en CDA de economische noodzaak, BBB de menselijke maat en NSC de risico’s.

Maar geen enkele partij schetst een toekomst waarin Nederland tegelijk technologisch sterk, sociaal rechtvaardig en democratisch autonoom is. En dat is precies het probleem. We hebben geen AI-beleid, maar losse AI-belangen.

Zolang partijen niet terug naar de tekentafel gaan om die belangen te verbinden, blijven we reageren op de toekomst in plaats van haar vorm te geven, met alle mogelijke gevolgen van dien.

Hoe klinkt dat?
De conclusie is helder: terwijl de technologie voortraast, blijft het in politiek Den Haag oorverdovend stil.  Maar hoe klinkt die stilte? Hoe voelt die onzekerheid?

Om dat te laten horen heb ik de kern van dit blog vertaald naar muziek. Samen met Google Gemini 2.5 Pro en AI-componist SUNO creëerde ik ‘De Code van Morgen’: een nummer vanuit het perspectief van de burger die zich afvraagt wie er eigenlijk aan de knoppen draait. Luister hieronder.

 

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *